Iron man 70.3 Rapperswil-Jona.
Zwitserland dat betekent stijl en ik kon het weten… als je een triatlon gaat doen in Zurich, hoofdstad van de financiën, dan moet je daar naar toe gaan met de nodige égards, met uitgelezen klasse. Dus ik nam de TGV naar Parijs en vloog dan met de killer van Sabena, Swiss air, naar de luchthaven “Kloten”. Je leest het goed, Kloten, dat is het enigste kleine foutje dat ik die horlogemakers kon aanwrijven. Je komt een land binnen en het is al naar de kloten. Wat is dat toch met die confederale staten. De Wever kan hier nog leren uit de fouten van een ander. Veel succes Bartje, maar ik vrees dat het al naar de luchthaven is.
Je bent een lezerkenner en onmiddellijk begrijp je : “ waar was die dikke nek van Ramskapelle zijn materiaal”. Inderdaad dat werd aangebracht door mijn materiaalmeester, niet zomaar een materiaalmeester, maar wel een geniale typ. Geen knul die van tussen de kasseien van Kanegem komt, geen hakkelende groene oliesmeerder, geen veredelde dierenarts, geen strop die tubes in zijn kelder bewaart, geen rare smoel van een museumbewaarder. Neen, met zulke figuren zou ik mij nooit inlaten . Mijn technieker is een kern-geleerde, een ingenieur in kernfysica. Iemand die zich bezig houdt met het kleinste celletje der aarde en weet dat daar alles omdraait! Wij kennen hem allemaal, het Brussels Ketje, mijn vriend Olivier Maes. De materiaalmeester bij uitstek! Hij bracht speciaal met vrouw Nancy, die 100 keer meer talent heeft als ik in triatlon, en zijn ma, die geen talent heeft voor triatlon, mijn cellulair fietsmodel met speciaal gemonteerd rek, helemaal over naar Zurich, of beter gezegd Rapperswil een toeristisch boerengat aan de Zurichsee, waar gans die heisa ging plaatsvinden.
De inschrijving verliep uiteraard met de nodige precisie en in geen tijd stonden wij op een foto om te bewijzen dat wij zeker niet met anders man materiaal aan de haal zouden gaan. Een beetje overdreven van die Willem Tell boys, waarom zouden wij de carbonwinkel van dat stelletje amateurs gebruiken? De materiaalmeester zoeft rond met een P 3, Papa van 3 puberende dochters, zijn wederhelft heeft een gespecialiZeerde motor in haar high tech achterframe zitten en ikzelf doorklief het alpenlandschap met een Italiaans designmodel. Als je niet snel gaat, moet er buiten mijn wereldbekende gele helm toch ook nog iets zijn voor die duizenden wielerfans aan de kant.
Na de van harte gegunde shoppingstocht aan Nancy (die er dus nooit zal komen), reden wij naar het hotel. Hotel zeg je? Niet echt… onze vrijzinnige Oppenheimer had er niet beter opgevonden om ons in een catechetisch centrum te steken vanboven op een berg, vlak bij een klooster daterend van het anno domino 975. Vriend Olivier, je kan niet in alles uitblinken, kamers boeken moet je aan specialisten overlaten. Volgende maal zal ik zorgen voor uw suite op het 85e verdiep, met zicht op strand en hippe jachten. Uw droomkamer zal voorzien zijn van een carrara marmeren waszaal met bloemetjesbad gevormd door 2 symmetrisch tegen over elkaar staande vijfenveertig graden ruggen, waar je je madame in kunt verwennen.
Mijn bed in dat slotklooster deed terugdenken aan onze roemrijke tocht naar Compostella, waar wij op een nacht bij een gefaillieerde grootgrondbezitter in een vochtig kasteel moesten slapen, tussen de onderbroeken van zijn bedovergrootmoeder, de markiezin du Lavement. Het is treffend, Ensiedeln, het papendorp waar wij logeerden, was het vertrekoord voor de Zwitsers die ook naar Compostella trokken. Toen te voet, nu met een Specialized 12 v.
Het diner, onder “de Linde”, met een heerlijke bergmatrone als bazin, bestond uit een massaal stuk GordonBlue, met goede vette kaas. Kwestie van alle voedingspausen te verketteren.
Zondag 6 juni, D-Day. Nancy huppelde om 5 uur al rond en ging snel met die 80 overgebleven monniken de vespers gaan bidden. Ze sloeg 5 boterhammen achterover. Waar ze het allemaal in haar frêle sportbody steekt, het blijft mij een raadsel.
Aangekomen bij de start, moesten de materiaalmeester en ikzelf nog steeds bekomen van het wakker worden en het kraken van het bed. Bij mij waren het de roeste veren, onder de flinterdunne matras. De ressors zal ze dat zo schoon kunnen zeggen.
Nancy Cancellera stond al in wetsuite ornaat half in de Zurichsee te luisteren naar het startschot. Wij hadden nog niet goed met onze ogen geknipperd of ze was er weer. Mijn zwemfrustratie groeide weerom reusachtig aan, wanneer ik haar bij de eerste tien van het vrouwelijk geweld de wisselzone met haar motorfiets zag verlaten. Hopla, dat was Nancy, de volgende keer dat ik haar zag, verkeerde ik in comateuse toestand bij het ingaan van mijn laatste loopronde. Madame was al gans opgetut en zat al supportersliederen te kwelen. Maar in al haar euforie vergat ze te gaan winkelen. De Visakaart van Olivier zat nochtans in zijn sporttas… ze wist het, maar toch houdt ze zoveel van ons, dat zelf het shoppen een vergankelijk idee voor haar is. Allé Nancy, je was 4 e op zo’n grote hoop madammen en je vergeet geld uit te geven! Ik had het je toch zo graag gegund!
Ondertussen mochten wij de Zurichsee in. Volgens, het Laatste Nieuws, met nog een pak ander midlifegekken. Na het woelige bergwater wachtte ons een adembenemende fietstocht op de biljartbanen van Zwitserland. Het sneeuwt, vriest, regent daar vijfdubbel als bij ons, maar die gasten hun asfalt is effen. Bij ons zouden de autosnelwegen in zo’n omstandigheden terug her schappen worden tot Romeinse heerwegen, wat met de rest.
Beste lezer, je moet weten, ik ben een bergkenner, een col klimmer puur sang. Mijn materiaal-meester is dat niet. Hij beweert dat in Zwitersland de bergen steil zijn. Ik lachte hem vierkant uit. Wat weet een plutoniumbezweerder van bergen en koersen? Bommen en energie dat is je ding. Ik bergen, daarmee zijn wij duidelijk. Ik zweer op het zadel van mijn designvehikel dat in dit chocoladeland de bergen amper met 3 % gemiddeld stijgen. Tot daar de pittige discussie bij onze Matrone van onder de Linde…
De eerste neep die wij op mochten kruipen, noemde de “Witch”. Dat duivelsjonk was gemiddeld 15 % steil en 1250 m lang. Dus Olivier krijgt vanaf nu de titel, connaisseur du montagne.
Als je dat nog niets vond, kregen wij 5 km verder nog een beest te verwerken van 17 %, het kon niet op. De titel van Olivier pas ik dan ook onmiddellijk aan : docteur connaisseur du montagne.
Tot slot was er nog een klimmetje van 8 % gemiddeld naar Gollingen. Dus Professeur-docteur connaisseur du montagne. Maak daar maar eens een visitekaartje van.
Voor de grap deden die Zatte Zwitsers ons dat allemaal 2 keer oprijden. Berghumor noemen ze dat. Ik noem dat eerder weten van de ijle lucht.
Gek waren ze wel, ze liepen daar rond in hun Willem Tellpakjes, met koeiebellen rond de schouders en ze riepen SOEPER SOEPER… SOEP is het jongens niet SOEPER. Dringend aan jullie uitsprak werken.
Op het eind vond Pr.Dr.Ir materiaalmeester vriend Olivier het plezant om mij voorbij te vliegen. Zweven is het juiste woord, want bij de nabeschouwingen op zijn sportrolex ontdekte ik dat hij maar 87.5 km gereden had. Of hij ging zo snel dat zijn wielen van de grond kwamen, of hij heeft de bocht afgesneden en tussen de koeien in het grasland naar beneden geraast. Ik verdenk hem van het eerste.
Ondertussen heb ik u nog niets vertelt over het klimaat. Wel, beste lezer, ook hier verwijs ik naar een hypermodern gadget van mijn materiaalmeester, vriend Olivier. Op zijn horloge is Debooser en Armand Pien zaliger jaloers. Vooraleer het heet wordt, begint dat Breittelingerspul al te rammelen en te stomen om aan te geven dat de gemiddelde temperatuur van onze sportnamiddag 32 graden gaat bedragen, met een maximum van 43. Bij dit laatste hab ik wel wat twijfels… Olivier zal m.i beginnen stomen zijn op een of andere helling, na het aanschouwen van de dochter van de plaatselijke dominee van Gollingen. Ze was voor zien van een wit kruis op haar rode kop.
Goed, de 90 km pedellen zaten erop, tijd voor wat loopwerk. Olivier had altijd al last gehad om een strikje in zijn schoentje te krijgen, dus kon ik hem nog net inhalen in de wisselzone. Wij starten dus samen voor het ultieme nummer. Met al zijn trainingswerk zette hij er een aardige vaart in. Alle functies, parabolen, grafieken, vergelijkingen, integralen werden prompt uit zijn rolex gehaald en met wetenschappelijke toon meegedeeld. Mijn hartslag ging van al dat denkwerk 10 slagen omhoog.
Maar na een km of 5 kwam Olivier tot de ontdekking dat zijn atoomsplitsing net op een haar na was gemist en hij liep zowaar tegen een Zwitserse robuste muur aan. Hij bemestte een paar keer de Alpenweiden met wat restanten van het op de internet geplukte 5 sterrensiroopjes. Hij liep gans het parcours toch knap uit. Karakter behoort nu eenmaal tot het basis overlevingspakket van een volwaardig aspirant Iron Man. Niet slecht voor een Professeur, Docteur, Ingenieur Materiaal Meester!
Je kunt het nooit raden maar die rappe jongens uit Rapperswill hadden in hun dorp een trap van 40 treden. En jawel hoor … 2 keer op de stairway to heaven. Mijn suikergehalte was zo dramatisch gedaald dat ik boven een fatamorgana kreeg. Ik werd opgevangen door 3 knappe Zwitserse maagden die mijn hoofd onmiddellijk met hun ontbloote kaasheuveltjes ondersteunden . Dit gaf zo’n een energiestoot, dat redbull tot wijwater wordt gedegradeerd, zodat ik in één furie de zaak kon uitlopen. Dolgelukkig en aangemoedigd door Mammie (die niet had meegedaan aan de triatlon) en Nancy ( die nog altijd niet had geshopt) strompelde ik over de finishline. Mijn 3e halve triatlon was een feit.
Voila daar stonden wij dan, frisse Nancy, dolgelukkige professor en kapotte Ludo, samen op de foto voor de plaatselijke pers.
Maar toen zag Nancy iets, haar ogen blonken, haar oren spitsten, Olivier zijn portemonnee rammelde, …. Reclame voor CLEARWATER, het wk in Florida... Nancy, laat het u niet verleiden, klaar water… dat geloof je ginder toch zelf niet !
Verslag Pieter Vanhuffel

Geen opmerkingen:
Een reactie posten